Informatie OVER en tips bij de boeken van Betty Sluyzer voor groep 7 en 8

 

DE BB-CLUB


 

 

INFORMATIE OVER DE BB-CLUB:

In de bundel De BB-club zitten de verhalen De Buitenboordclub en Mag ik meedoen?

Het zijn verhalen, geschreven in AVI E6.

 

Kit en haar vrienden hebben de BB-club opgericht: de Buitenboordapparatenclub.

Om lid te mogen worden, moet je iets buitenboords dragen: een bril, een beugel of een gehoorapparaat.

De BB-club is geheim, heeft een eigen geheimtaal, de gebarentaal en een geheim clubhuis.

 

De Buitenboordclub

 

Kit en haar vrienden richten een clubje op met een geheimtaal.
In hun clubhuis oefenen Kit en haar vrienden een BB-club-truc voor het schoolfeest.

Plotseling vangt Kit een verdacht telefoongesprek op.

Thema's: club, geheimtaal, codes, gebarentaal, liplezen, slechthorendheid, doofheid, spreekbeurt, schoolfeest, problemen oplossen.

 

Mag ik meedoen?


De Buitenboordclub lost mysteries rond illegaal verhandelde papegaaien op tijdens een zeilkamp.
Martijn wil graag lid worden van de BB-club.

Tijdens de disco mag hij laten zien wat hij waard is.

En ook op zeilkamp moet hij zich bewijzen.

Kit wil ’s nachts het water op.

Wie durft er als enige mee? Martijn.

Thema's: erbij willen horen, disco, gebarentaal, geheimtaal met sjaals, zeilen, fraude, problemen oplossen.

 

INFORMATIE OVER DE BB-CLUB:

Dit boek is geschikt voor kinderen die vlot kunnen lezen en geen moeite hebben met lange zinnen.

Eind groep 5 en zeker in groep 6 zouden ze deze verhalen vlot moeten kunnen lezen.

Om de kinderen te ondersteunen heb ik de verhalen ingedeeld in niet te lange hoofdstukken.

Er staan veel leuke illustraties in.

Elke bladzijde en elk hoofdstuk is een afgerond geheel en is op zichzelf te begrijpen.

Je hoeft niet verder te lezen.

Uiteraard mag het wel.

Er staan veel dialogen in.

 

TIPS BIJ DE BB-CLUB:

- Praat na over een bladzijde of een hoofdstuk als je hebt voorgelezen.

- Vraag na het voorlezen van een hoofdstuk of verhaal af en toe naar het verband tussen de gevoelens van de hoofdpersonen en de gevoelens van de kinderen die voorgelezen worden.

- Op wie lijk jij het meest?

- Wie vond je aardig? Wie onaardig? Waarom?

- Wie wil je wel in het echt tegenkomen?

- Ken je iemand die lijkt op iemand van de BB-club?

- Ken je een juf of meester die lijkt op de meester of juf uit het boek?

 

De BB-club heeft een geheimtaal: de gebarentaal die dove mensen in Nederland gebruiken.

- Heb jij ook een geheimtaal?

- Maak ook gebaren. Wie raadt welk gebaar je maakt en wat je gebaar betekent?

- Zeg een woord zonder geluid. Wie raadt wat je zegt?

 

De zes van groep zeven-serie

 

INFORMATIE OVER DE ZES VAN GROEP ZEVEN-SERIE

De zes van groep zeven-serie bevat 6 boeken/verhalen over kinderen uit de groep van meester Anthonie.

In elk boek is een ander kind uit de klas de hoofdpersoon. 

Alle boeken zijn geschreven in AVI E6.

De Klassenfoto


Maartje ontdekt dat de fotograaf vreemde dingen doet met de klassenfoto.
Thema's: fotograferen, fotocollages maken, kleuren kiezen, tv kijken, koken, moeder-dochterrelatie, vriendschap, liefde, problemen oplossen, wraaknemen.

 

De Schoolreis


David en zijn groepje krijgen tijdens de schoolreis een hele vervelende overblijfmoeder mee.
Thema's: overblijven, schoolreis, pretpark, omgaan met anderen, autoriteit, bedorven voedsel, problemen oplossen.

 

Het Slaapfeest


Marco mixt allerlei drankjes tijdens een slaapfeest in het bos.
Thema's: jarig zijn, slaapfeest, toveren/goochelen, broer-zusrelatie.

 

Juf Ninja valt in


Sander overwint zijn angsten met hulp van Juf Ninja.
Thema's: pesten, dromen, vriendschap, ninjavechten, operatie, straf, problemen oplossen, angsten overwinnen, boontje komt om zijn loontje.

 

Vet cool – Foute boel


Nelson, de vet coole neef van Jeremy uit groep zeven komt stage lopen.

Alleen de meester vindt hem ‘foute boel’.
Thema's: familie, normen en waarden, de grens tussen aardig en onfatsoenlijk, diefstal, liefde, jarig zijn, de verjaardag van de meesters en juffen, de trauma’s van meester Anthonie.

 

Yo... Yo... De Toets gaat zó!


Meester Anthonie leert groep zeven een rap, zodat ze nooit meer zenuwachtig zijn voor een toets.
Thema's: toets maken, zenuwachtig zijn, ouders die kinderen zenuwachtig maken, de schoolinspecteur, warming-up, proeftoets, een rap.

 

TIPS BIJ DE BOEKEN VAN DE ZES VAN GROEP ZEVEN-SERIE

*Teken een illustratie na.

*Maak zelf tekeningen bij een (voor)gelezen verhaalfragment.
*Teken het omslag na.

*Vergroot of verklein een illustratie.
*Zoek informatie op Internet, in de bibliotheek of op school over een thema uit het boek.
*Diep één van de genoemde thema's verder uit.
*Ontwerp in je eentje of met een groepje een poster.
*Lees een groot deel voor, maar laat de kinderen de inhoud van het laatste hoofdstuk verzinnen.
*Speel een fragment na.
*Wissel eigen ervaringen uit naar aanleiding van de emoties en gebeurtenissen in de (voor)gelezen boeken.

*Download een liedje of CD van Betty Sluyzer van I-Tunes en zing het met de kinderen.

REMMEN!

Remmen! is een boek over voetbal, ruziemaken op de achterbank en een verkeersongeluk met een paard.

M6-AVI uit.

 

INFORMATIE OVER REMMEN!

Roy en Joep hebben op zaterdag een voetbalwedstrijd.

Gerard, de vader van Roy en Marly, slaapt op zaterdagochtend het liefst uit.

Maar deze zaterdag moet hij vroeg op om zijn zoon en vriendje Joep naar voetbal te brengen.

De kinderen zeuren en tot overmaat van ramp hangt er een dikke mist.

Na de wedstrijd wil Gerard zo snel mogelijk naar huis.

Maar dan doemt er uit de mist ineens een paard op.

Gerard kan het maar net ontwijken.

Daar staan ze dan.

Ze kunnen geen meter meer rijden en de praatpaal werkt niet.

 Maar dan krijgt Joep een idee.

Zijn moeder werkt bij de Verkeerscentrale...

De terugreis verloopt niet soepel.


Thema's: voetbal, autorijden, ruzie, ongeluk, verkeerscentrale, paardrijden.
 

TIPS BIJ REMMEN!

Dit boek leent zich goed voor een gesprek over ruzie in de auto en over kindermishandeling.

Gerard wordt namelijk zo boos over het geruzie en gezeur op de achterbank, dat hij bijna te laat reageert op het paard.

 

Stel één of meer van de volgende vragen na het (voor)lezen.

- Zit je weleens in de auto?

- Maak je weleens ruzie op de achterbank met een broer of zus?

- Wat doet je vader of moeder dan?

 

De antwoorden van de kinderen zullen je verbazen én amuseren.

 

TIPS LENEN, LEZEN, VOORLEZEN, BOEKBESPREKINGEN ENZ.

 

TIP OVER BOEKEN LENEN BIJ DE BIBLIOTHEEK

Dit boek is niet meer te koop, maar wel in de bibliotheek te leen.

Leen boeken uit de openbare bibliotheek.

Daar verdienen de schrijvers, de tekenaars en de uitgevers nog een klein beetje aan.

TIP AVI LEZEN

Kinderen die uit het niveaulezen zijn, willen geen AVI-boeken meer lezen.

Leg dan eens uit dat wij ook allang uit het niveaulezen zijn en toch tijdschriften en kranten en boeken lezen, waarvan het AVI-niveau rond de 7 ligt.

Alleen studieboeken en wetenschappelijke artikelen hebben een zeer hoog AVI-niveau.

 

TIP AVI LEZEN

Op school moeten kinderen in verband met het technisch (leren) lezen steeds hogere AVI's lezen.

Als ik een boek schrijf, is de tekst, als ik er niet zo op hoef te letten, gemiddeld AVI 7.

Om een boek te schrijven in een hoger AVI moet ik dus kunst- en vliegwerk toepassen.

Denk daar eens aan als u een kind een hoog AVI-boek laat lezen.

 

TIP AVI LEZEN

Probeer boeken met een hoog AVI-niveau zelf eens te lezen.

Is het nog wel aangename leestaal???

De taal in een boek in een hoger AVI is al snel gekunsteld ...

 

TIP AVI LEZEN

Als een kind voor zijn plezier mag lezen, laat hem dan altijd "onder zijn leesniveau" lezen.

Dat doen wij ook.

Als wij de krant lezen, leggen we hem ook niet weg, omdat het AVI-niveau bijvoorbeeld 9 is.

Wij zijn namelijk al lang uit het niveaulezen.

 

TIP AVI LEZEN PRENTENBOEKEN

De boeken die Betty geschreven heeft voor peuters en kleuters, zijn natuurlijk in eerste instantie bedoeld om voor te lezen.

Het AVI-niveau varieert echter van AVI M 4 tot AVI E 6.

Deze boeken zijn door de vele, grote tekeningen heel geschikt voor kinderen van groep 7 en 8 die nog steeds niet vlot technisch lezen.

Overigens vinden kinderen die wel vlot lezen het ook nog steeds leuk om prentenboeken te lezen.

 

Billen Buikje Benen

Tijn en de dokter

Tijn in de winkel

Tijn op de fiets

 

TIP KINDERBOEKENSCHRIJVERS

Welke boeken voor de leeftijd van de kinderen van groep 7 en 8 staan er bij u in de kast?

Weet u wie de schrijvers zijn en de illustratoren?

Als ik in de klassen kom, weten de kinderen soms beter dan de leerkrachten dat er boeken van mij in de klassenbibliotheek staan.

In het ergste geval zegt een leerkracht: 'Ik had nog nooit van u gehoord.'

De kinderen trekken dan 5 of 6 boeken uit de kast en roepen:

'Deze zijn  leuk, meester (of juf), die zijn van juf Betty.'

 

TIP KINDERBOEKENSCHRIJVERS

Blijf op de hoogte van boeken, schrijvers en illustratoren.

Zoek op internet.

De meeste schrijvers en illustratoren hebben een eigen website.

 

TIP VOORLEZEN AAN KLEUTERS:

Laat kinderen (of ze nu vlot lezen of niet) prentenboeken die ze zelf leuk vinden, voorlezen aan de kleuters.

 

TIP GEEF EEN BOEK CADEAU:

Boeken zijn, net als ander speelgoed, leuke verjaardagscadeaus.

 

TIPS VOOR KINDEREN MET DYSLEXIE EN BEELDDENKERS

De problemen die kinderen hebben met leren lezen, kunnen te maken hebben met stoornissen in de hersenen en beperkingen van de zintuigen.

Kinderen kunnen dyslectisch zijn of ze horen of zien niet zo goed.

Probeer er altijd achter te komen wat precies het probleem is.

Dyslexie is een verzamelnaam voor een ruime hoeveelheid problemen met lezen en schrijven.

Een kind dat bijvoorbeeld niet kan rijmen, kan een licht gehoorprobleem hebben.

En daardoor leert het echt veel trager lezen.

 

Een ander probleem kan zijn dat de fantasie niet goed ontwikkeld is.

Met mijn boeken Het abc van Tuk, Het grote abc van Tuk, Het grote beroepenboek van Tuk, Het grote cijferboek van Tuk, Het grote verkeersboek van Tuk en Het grote letter- en cijferspel van Tuk heb ik geprobeerd boeken te maken, waarmee ook dyslectische kinderen en beelddenkers uit de voeten kunnen.

 

   

 

Ook voor gehoorgestoorde kinderen zijn het goede boeken, omdat er veel plaatjes in staan.

Voor blinde kinderen zou ik er graag een voelboek van maken.

Misschien kunt u dat zelf doen, door op de letters en cijfers van de linker bladzijde vilt te plakken of ander materiaal.

Op dezelfde pagina kunt u dan de letter ook in braille weergeven met bolle stickertjes.

 

TIP ZINGEN IS BELANGRIJK

Zingen is voor kinderen met spreekproblemen en voor kinderen met dyslexie heel belangrijk.

Kinderen die normaal niet van lezen houden of lezen moeilijk vinden, zingen en bewegen vrolijk mee met kinderliedjes.

Soms kennen ze alle teksten uit hun hoofd.

Ze bewegen mee op het ritme, ze rijmen mee, ze hebben kortom plezier in taal en muziek.

 

Uit onderzoek blijkt dat het taalcentrum in de hersenen op een andere plek zit dan het muziekcentrum.

Dat betekent dat kinderen met dyslexie wel moeite kunnen hebben met lezen en schrijven.

Maar dat ze helemaal geen moeite hoeven te hebben met muziek en met zingen.

Hieronder zie je de CD's die ik heb uitgebracht.

 

Babygym, Billen Buikje Boelieboem, Circus Pindasaus, Hee koe

 

 

TIP LIEDJES

De liedjes op mijn CD's zijn deels gebaseerd op de activiteiten en de rijmpjes en versjes die ik al jaren deed bij haar voorleesvoorstellingen.

Tijdens de voorstellingen die ik gaf met haar liedjes, werd het meteen overduidelijk: de kinderen genieten ervan.

Ze doen enthousiast mee en vragen om nog een keer.

Na afloop kreeg ik veel reacties van leerkrachten, ouders, leerkrachten en leidsters: de kinderen krijgen weer meer plezier in taal, in rijmen en zingen.

En ze willen allemaal mijn boeken lezen of voorgelezen krijgen.

De combinatie werkt!

 

 

 

Op de CD Circus Pindasaus staat een abcliedje en een rekenliedje, waar al veel kinderen plezier mee gehad hebben.

Verder staan er liedjes op over vieze dingen, over de seizoenen, over het kerstfeest en één over piraten.

Allemaal liedjes die kinderen graag zullen willen zingen en waarbij ze niet stil hoeven te zitten, maar waarbij ze kunnen bewegen.

 

TIP BIJ BOEKBESPREKINGEN EN BOEKENBEURTEN

In groep 6 beginnen op sommige scholen de boekenbeurten en de boekbesprekingen.

Maak eens een lijst van 20 vragen die u aan een boek zou kunnen stellen.

Bij elke boekenbeurt kiest een kind er een paar uit, die hij of zij wil beantwoorden.

Bij elke volgende boekenbeurt kiest hij 5 andere vragen.

Zo komen alle vragen in de loop der jaren aan bod, zonder dat je elke keer hetzelfde verhaal krijgt.

 

TIP BIJ BOEKBESPREKINGEN EN BOEKENBEURTEN

Bij een boekenbeurt beoordeelt u de mondelinge taalvaardigheid van een leerling.

Bedenk eens dat u dat eigenlijk elke dag doet wanneer u het kind een beurt geeft of wanneer het kind iets mag vertellen in de kring.

Als u het kind vanaf het begin (af en toe) feedback geeft op zijn of haar manier van spreken, dan krijgt hij of zij tenminste genoeg kans om het spreken/presenteren te verbeteren vóórdat de eerste boekenbeurt zich aandient.

 

TIP BIJ BOEKBESPREKINGEN EN BOEKENBEURTEN

Een kind mag nooit bij de eerste boekenbeurt voor het éérst te horen krijgen dat hij wat harder of wat langzamer moet praten.

 

TIP BIJ BOEKBESPREKINGEN EN BOEKENBEURTEN

Doe de eerste boekenbeurt zelf (als leerkracht).

Dan weten alle kinderen wat u een goede presentatie vindt en wat u bedoelt.

Stel niet te veel eisen, maar stel ze wel.

Geef ook een tien als het kind het volgens de eisen helemaal goed heeft gedaan!

 

TIP BIJ BOEKBESPREKINGEN EN BOEKENBEURTEN

Geef nooit een onvoldoende voor een boekenbeurt.

Als de structuur niet duidelijk is, of het verhaal duurt te lang of het kind is onverstaanbaar of u heeft niet de eis gesteld dat het een grapje of plaatjes moet bevatten, dan kunt u het kind daar ook niet op afrekenen.

U had het kind deze dingen dus eerst moeten leren!

 

TIP BIJ BOEKBESPREKINGEN EN BOEKENBEURTEN

Als een kind een boekenbeurt houdt over een boek van mij, mag het mij mailen.

Ik beantwoord zijn of haar vragen en geef wat informatie over waarom ik dat boek geschreven heb.

Ze mogen mailen naar info@bettysluyzer.nl

TIPS VOORLEZEN

Voorlezen is niet hetzelfde als hardop lezen.

Voorlezen is niet zo vlot mogelijk een tekst foutloos hardop lezen.

Voorlezen is het willen verklanken en verbeelden van de sfeer, de emoties en de gebeurtenissen van een (gedeelte van een) verhaal.

Voorlezen moet je voorbereiden.

Voorlezen kun je leren.

Leerkrachten moeten de kinderen die mee gaan doen aan een voorleeswedstrijd leren voorlezen.

Leerkrachten leren de kinderen voorlezen door zelf veel voor te lezen.

Laat kinderen alleen opkijken uit een boek als ze hun vinger houden bij de plek waar ze gebleven zijn en als ze werkelijk tijd hebben om te zien hoe het publiek reageert.

 

TIP VOORLEZEN

Hoe meer en gevarieerder kinderen lezen, hoe beter ze gaan lezen.

Hoe meer boeken we aanbieden en voorlezen, hoe beter ze straks zelf kunnen kiezen.

Hoe meer we laten zien dat wij boeken lezen leuk vinden, hoe meer kans er is, dat de kinderen dat ook gaan vinden.

 

TIP VOORLEZEN

Blijf voorlezen, ook al kan het kind al lang zelf lezen.

Luisteren als je lekker in de klas zit en zelf een beeld erbij kan fantaseren en misschien wel mag tekenen, is belangrijk en erg fijn.

 

TIP VOORLEZEN

Geef de kinderen elke dag de tijd om voor zichzelf in een boek te kijken, een (bladzijde uit een) boek te lezen, zonder dat ze het hardop hoeven te doen.

Een boek hoeft nooit in één keer uit.

 

TIP VOORLEZEN

Lees alleen boeken voor, als u van boeken houdt.

Houdt u echt niet van lezen, zorg er dan voor dat een ander die er wel van houdt, boeken voorleest.

Lees alleen boeken voor die allereerst uzelf aanspreken, waarvan u de plaatjes mooi vindt, waarvan het verhaal of het onderwerp u aanspreekt èn waarvan u denkt dat ze ook de kinderen zullen aanspreken, omdat ze grappig, informatief, spannend of mooi zijn.

 

TIP (LEREN) LEZEN

Als kinderen een half uurtje per dag in de klas mogen stillezen, lees zelf dan ook, de krant of een boek.

Als u intussen werk gaat nakijken, zullen de kinderen geloven dat dat belangrijker en leuker is dan lekker lezen.

 

TIP VOORLEZEN EN LEREN LEZEN

Als een kind moeite met (leren) lezen heeft, dwing het kind dan niet om thuis nog vaker te doen wat hij of zij niet kan.

Vraag aan ouders of ze vaak voorlezen.

Als ze dat doen, laat dat dan zo.

Lezen ze nooit voor, vraag dan of ze eens voor willen lezen uit een boekje dat u meegeeft.

 

TIP DE SCHRIJVERSCENTRALE

Via De Schrijverscentrale kunnen kinderopvangorganisaties, scholen en bibliotheken een prentenboekenmaker of kinderboekenschrijver uitnodigen.

Je kunt mij uitnodigen voor een voorleesvoorstelling.

https://www.deschrijverscentrale.nl.

 

BETTY SLUYZER STELT ZICH VOOR VIA DE SCHRIJVERSCENTRALE

 

 

 

Tips voor de voorbereiding of de verwerking van een klassenbezoek van Betty 

*Lees minstens één boek centraal voor.
*Laat de andere boeken zelf lezen.
*Zoek naar antwoorden op de website.

*Stel Betty de vragen die niet op de website beantwoord worden.

 

 

© Betty Sluyzer